Over het beroep
Wat doet een tolk
In 1984 is de eerste opleiding voor tolken gebarentaal gestart. Sinds 1997 volgt elke tolk de vierjarige HBO-bachelor opleiding aan de Hogeschool Utrecht. Naast de vierjarige opleiding, worden er in Nederland op diverse plaatsen cursussen Nederlandse Gebarentaal gegeven.
​
Horende mensen gebruiken gesproken taal om te communiceren. Veel dove mensen gebruiken daar gebarentaal voor. Een tolk gebarentaal verzorgt de communicatie tussen dove en horende mensen. De tolk vertaalt tussen twee talen, ongeacht de modaliteit van hetgeen vertaald moet worden. Dit doet een tolk gebarentaal overal waar communicatie nodig is tussen dove of slechthorende mensen en horende mensen. De situaties lopen uiteen van een doktersbezoek, een vergadering en een kerkdienst tot een (inter)nationaal congres.
​
Dove mensen hebben verschillende vormen van communiceren:
-
Nederlandse Gebarentaal (NGT)
-
Nederlands met ondersteunende Gebaren (NmG)
-
Sommige dove mensen geven de voorkeur aan spreken en spraakafzien.
Tolken voor doofblinde mensen
Een tolk gebarentaal tolkt ook voor doofblinde mensen. Een tolk voor doofblinde mensen kan op verschillende manieren tolken. Dit is afhankelijk van het restgehoor van de doofblinde persoon en het moment waarop hij een auditieve en/of visuele handicap kreeg. Tolkmethoden die in Nederland gehanteerd worden, zijn:
​
-
Duidelijk spreken in apparatuur
-
Oraal tolken (duidelijk articuleren zonder stem te gebruiken).
-
Gebaren binnen een kleine gebarenruimte.
-
Vingerspelling in de lucht.
-
Typen op een computer (die verbonden is met een computer met brailleregel).
-
Vingerspelling in de hand voor (vrijwel) volledig doofblinde mensen.
-
Vierhandengebaren voor (vrijwel) volledig doofblinde mensen die de gebarentaal beheersen.
Wat doet een doofblindentolk?
-
Tolken: vertalen wat de doofblinde mist doordat hij geen spraak verstaat.
-
Beschrijven: weergeven wat de doofblinde mist doordat hij niet (voldoende) kan waarnemen. Het is onmogelijk alles te beschrijven. Daarom wordt dit vaak beperkt tot het beschrijven van de tolkomgeving (waar zitten de aanwezigen, waar is de kapstok, waar is het toilet, waar is de deur, etc.), het beschrijven van de aanwezigen wanneer dit relevant is en het beschrijven van de emoties die een rol spelen in de tolksituatie.
-
Begeleiden: dit varieert van het ophalen van de doofblinde persoon tot het aanwijzen wie er spreekt en waar de koffie staat.
Waarom teamtolken?
Vooral vingerspelling in de hand en Vierhandengebaren zijn fysiek erg zwaar voor de tolk. Om bij vingerspelling kwaliteit en snelheid te kunnen garanderen, moet de tolk regelmatig pauzeren. Dit om de spieren los te kunnen maken. Is de boodschap complex van aard? Dan zijn meerdere tolken nodig, zodat zij elkaar kunnen aanvullen en ondersteunen. Bijvoorbeeld doordat de ene tolk de tekst samenvat en de andere tolk vingerspelt. Bij Vierhandengebaren wisselt de tolk gebaren af met vingerspelling in de hand en vult deze aan met bijvoorbeeld informatie over de mimiek. Hierdoor gaat het vertalen langzamer dan het gewoon vertalen in NGT. Om de snelheid van de vertaling hoog te kunnen houden, is afwisseling tussen meerdere tolken nodig.
​
Het is voor veel doofblinden onontbeerlijk een team tolken te hebben om te kunnen deelnemen aan de maatschappij. Werkt een tolk voor doofblinde mensen, dan moet zij voortdurend keuzes maken over wat zij wel/niet tolkt en beschrijft. In de beroepscode voor doofblindentolken staat vermeld dat zij 'zoveel mogelijk' zullen tolken.
Het werken in een team bevordert het gesprek over keuzes die gemaakt zijn en de juistheid van genomen beslissingen. En dat is belangrijk, omdat een doofblinde persoon alleen feedback kan geven op de informatie die hij ontvangt.